Naast dergelijke gecomponeerde brievenromans bestaan er boeken die de persoonlijke correspondentie bevatten van schrijvers aangaande liefde, werk en leven. Deze ‘bezorgde’ brievenboeken verschijnen vaak na het overlijden van de auteur. Maar ook deze brieven zijn vaak met publicatie in het achterhoofd geschreven. Op een van de laatste, persoonlijke brieven van Gerard Reve aan Willem Frederik Hermans schreef laatstgenoemde bijvoorbeeld wél een antwoord, maar niet aan Reve. Hij noteerde achterop, voor de toekomstige biograaf en lezer: ‘Maar niet meer op antwoorden.’
De auteur-antwoordbrief is een brief die binnen het brievengenre nog wel eens over het hoofd wordt gezien. Dit zijn brieven waarin schrijvers antwoord geven op vragen van hun lezers. De veronachtzaming van dit type brief is op zich logisch: de correspondentie tussen lezer en schrijver is niet altijd gelijkwaardig, goede lezers zijn niet altijd even goede schrijvers of vragenstellers, en met het beantwoorden van lezersbrieven valt voor schrijvers weinig te behalen: tegenwoordig zit er wellicht een tweet of instagrampost in een leuk antwoord, maar voorheen ging de brief in de envelop en de envelop in de postbus en dan was hij weg.
Daarnaast is er een praktische reden: veel antwoorden van auteurs aan hun lezers zijn simpelweg verloren gegaan, hun antwoorden zijn immers niet in een of andere archiefkast voor toekomstige biografen terechtgekomen.